Zoönose

Een ziekteverwekker die een dier kan overdragen op een mens wordt een zoönose genoemd. Ieder mens kan door zo’n ziekteverwekker besmet worden, maar jonge kinderen, oude mensen, zwangere vrouwen en mensen met een verzwakt immuunsysteem zijn extra kwetsbaar. Wanneer er extra hygiëne maatregelen genomen worden, blijft het probleem onder controle.

Hoe kan een kat zo’n ziekteverwekker overdragen:
– Via aaien, het likken van de kat of een krab of beet.
– Via insecten, vlooien en teken.
– Via omgeving: bijvoorbeeld de zandbak of kattenbak.

Een kat kan de ziekteverwekkers overdragen via parasieten, bacteriën, virussen en schimmels. Onderstaande ziekteverwekkers zijn de meest voorkomende zoōnose, maar er zijn er nog meer, raadpleeg dus altijd een huisarts.
Via parasieten kunnen de volgende ziekten overgedragen worden:
 – Toxoplasmose, giardia, schilfermijt, schurft, spoelwormen, vossenlintworm. 
 – Bacteriën kunnen: kattenkrabziekte, salmonella en campylobacter overgedragen.
 – Via een virus kan hondsdolheid overgedragen worden
 – Via een schimmel kan ringworm overgedragen worden.

Katten zijn schone dieren, maar hebben altijd bacteriën in het speeksel in hun bek, ook je eigen kat en katten die niet buiten komen. Als je door een kat gebeten wordt is het daarom belangrijk om het wondje goed te ontsmetten. Een kattenbeet is een klein wondje dat snel dicht gaat, waardoor bacteriën voor een ernstige infectie kunnen zorgen. Ook een krab van een kat moet goed schoon gemaakt worden, met diezelfde pootjes heeft hij namelijk buiten gelopen en in de kattenbak gegraven. Het is altijd belangrijk om bij een kattenbeet of kattenkrab contact op te nemen met een huisarts: de huisarts zal beoordelen of een antibioticum kuur en tetanusinjectie noodzakelijk zijn en u advies geven hoe u de wondjes het beste kunt behandelen.

Onderstaande maatregelen kunnen de kans op besmetting verkleinen, de meningen over sommige maatregelen zijn verdeeld
– Laat een kat niet in uw gezicht likken.
– Laat een kat niet aan wondjes likken.
– Maak het aanrecht elke keer goed schoon.
– Laat uw kat niet in uw bed.
– Maak de kattenbak vaak en goed schoon.
– Zorg voor een deksel op de zandbak.
– Geef kittens geen rauw vlees.
– Lees betrouwbare informatie alvorens u volwassen katten rauw vlees voert.
– Informeer bij uw dierenarts wat u moet doen als uw kat naar het buitenland gaat.
– Was u handen als u in de tuin gewerkt heeft of draag handschoenen.
– Zwangere vrouwen mogen alleen tuinieren of de kattenbak verschonen met handschoenen aan.

* Dit artikel is bedoeld om informatie te geven, het vervangt niet de dierenarts.

* Reageren op dit onderwerp kan via de facebookpagina van Kattendomein.

Scroll naar boven