Niesziekte

Niesziekte is een veel voorkomende aandoening bij de kat, die soms levensbedreigend kan zijn. De ziekte wordt veroorzaakt door een virus: het Feline Herpesvirus en/of het Feline Calicivirus. Niesziekte wordt vooral gezien op plaatsen waar meerdere katten bij elkaar leven. Kittens, oudere katten en katten waarvan het afweersysteem niet goed werkt, lopen het grootste risico om ziek te worden.


Besmetting en verspreiding
Besmetting en verspreiding vindt plaats via contact met speeksel, neusvocht of traanvocht van een zieke kat of een drager, maar ook via virusdeeltjes die aanwezig zijn in de omgeving, of op kleding of handen van mensen. Een kat kan drager zijn, zelf niet ziek zijn, maar wel het virus verspreiden.

Symptomen van niesziekte:
– loopneus;
– vaak niezen;
– tranende, ontstoken ogen;
– het derde ooglid is zichtbaar;
– koorts;
– slechte/geen eetlust;
– dunne ontlasting;
– sloomheid;
– soms speekselt de kat overmatig en ontstaan er zweertjes in de bek.

Diagnose stellen
Uw dierenarts zal de diagnose stellen op basis van symptomen en laboratoriumonderzoek. Met een swab (een soort wattenstaafje) wordt een monster genomen van het mondslijmvlies. In het laboratorium wordt het monster onderzocht op de aanwezigheid van een virus dat niesziekte veroorzaakt.

Behandeling
Helaas zijn er momenteel nog geen medicijnen beschikbaar om deze virussen te bestrijden. De behandeling is daarom gericht op het ondersteunen van de kat tijdens de periode van ziekte en bijkomende infecties te voorkomen. Soms kan het nodig zijn de zieke kat te dwangvoeren of een vochtinfuus te geven.
Een geïnfecteerde kat moet apart verpleegd worden om verspreiding te voorkomen. Voerbakjes en drinkbakjes moeten goed ontsmet worden, dit geldt ook voor de kattenbak. De verzorger van de kat moet zijn kleding en handen desinfecteren alvorens in contact te komen met andere katten.

Vaccineren
Vaccinatie vermindert de kans op niesziekte en de ernst van de symptomen zal milder zijn dan bij een ongevaccineerde kat.
De meningen van dierenartsen en eigenaren over de frequentie van vaccineren verschillen. Titeren voor een mogelijke volgende vaccinatie is ook een optie. Titeren betekent vooraf middels een bloedonderzoek vaststellen of er nog voldoende antistoffen aanwezig zijn en vaccinatie nog niet nodig is.
Katten die naar een kattenshow, het buitenland, of opvang gaan moeten goed gevaccineerd zijn om een uitbraak en besmetting van niesziekte te voorkomen. Soms wordt de uitslag van een titerbepaling ook geaccepteerd, het is verstandig om hier ruim op tijd naar te informeren.

Chronische niesziekte
Sommige katten houden een chronische neusverkoudheid over na behandeling die kan leiden tot regelmatig niezen, oogontsteking, een loopneus, een voorhoofdsholteontsteking of bronchitis. Antibiotica helpen bij chronische verkoudheid slechts tijdelijk.

* Dit artikel is bedoeld om informatie te geven, het vervangt niet de dierenarts.

* Reageren op dit onderwerp kan op de facebookpagina van Kattendomein.

Scroll naar boven