Narcose

Als een kat geopereerd moet worden of voor een andere ingreep narcose nodig heeft, is dat een spannende tijd voor de eigenaar.  Soms is de angst voor de narcose (sedatie) net zo groot als voor de ingreep. Met de huidige narcosemiddelen en bewakingsapparatuur die dierenartsen tot hun beschikking hebben, is dit niet helemaal terecht.

Hoe ging het vroeger
Afhankelijk van het gewicht van het dier werd een mengsel van verschillende medicijnen ingespoten om het onder narcose te brengen. Er was geen goede bewakingsapparatuur beschikbaar. Eenmaal ingespoten werd het proces onomkeerbaar en kon er alleen gewacht worden op het moment, dat het lichaam zelf de medicijnen had afgebroken. Bij plotselinge complicaties, zoals adem- of hartstilstand, was er meestal niet veel meer aan te doen. Gelukkig is narcose tegenwoordig een stuk veiliger.

Narcose op maat
Voor elke individuele patiënt moet nauwkeurig bekeken worden welke narcose het beste past bij de patiënt en de uit te voeren ingreep en blijft er altijd een klein risico aanwezig. Heeft een kat een medische aandoening, bijvoorbeeld een hart- of nierprobleem of epilepsie, zal er zeker heel goed bekeken worden of narcose mogelijk is en met welke middelen.

Afwegingen die de dierenarts maakt voorafgaand aan de narcose:
–  Kan de ingreep pijnloos en veilig uitgevoerd worden met een lichte narcose?
–  Betreft het een jong, volwassen of oud dier?
–  Moeten er speciale maatregelen genomen worden voor deze ingreep?
–  Zijn er andere medische problemen?
–  Is het een pijnlijke ingreep?
–  Is het een kort- of langdurende ingreep?

Wat er gebeurt voorafgaand aan de operatie:
 – Zorgvuldige controle van de hart- en longfunctie en de bloedcirculatie.
 – Zeker bij oudere katten is een bloedonderzoek aan te raden.
 – Er wordt vaak een infuus aangelegd, om medicatie en vocht toe te dienen.

De narcose
Bewakingsapparatuur controleert de hartslag, ademhaling, bloeddruk en lichaamstemperatuur tijdens de operatie. De lichaamstemperatuur wordt o.a. met warmtematten op peil gehouden. Na een narcose is het bijna altijd mogelijk om een “tegen-injectie” te geven waardoor een kat rustig en goed wakker wordt. Er zijn 3 soorten narcose die gebruikt worden voor katten.

Gasnarcose: een middel dat het meest gebruikt wordt, deze narcose is het meest nauwkeurig te doseren, waardoor uw kat niet meer krijgt dan noodzakelijk is. Eerst wordt er een injectie met een licht slaapmiddel toegediend in een spier. Daarna wordt een infuus (branule) ingebracht in een bloedvat, om een kort werkend slaapmiddel toe te dienen. Vervolgens krijgt de kat een slang (tube) in de luchtpijp, waardoor het narcose gas (isofluraangas) kan worden toegediend. Er wordt een cuff (kussentje) opgepompt, zodat er alleen zuurstof en narcose gas via de tube in de longen gaat en bijvoorbeeld geen spoelvloeistof. Na gelang de slaap meer of minder diep wordt, wordt er meer of minder gas toegediend. Dieren die op deze manier onder narcose geweest zijn, komen vaak snel en goed bij na de ingreep.

Narcose via een injectie: bij deze vorm van narcose wordt er meestal een combinatie van middelen toegediend. Deze middelen worden in een spier of bloedvat geïnjecteerd. Ook nu kunnen lichaamsfuncties van uw kat goed in de gaten gehouden worden door de bewakingsapparatuur. De slaaptoestand is niet zo nauwkeurig te reguleren als met gas narcose. De “tegen-injectie”, kan er voor zorgen dat uw kat rustig en snel bijkomt.

Lokale verdoving: deze vorm van narcose wordt het minst toegepast bij dieren. Dit omdat het te opereren gebied pijnloos gemaakt wordt, maar het dier volledig bij bewustzijn blijft. Dit is dan ook meteen de reden waarom deze vorm van narcose nauwelijks wordt toepast, omdat uw kat meestal volledig moet stil liggen tijdens de ingreep.

Nazorg:
–  Uw kat wordt op een warmtematje gelegd of onder een rode lamp.
–  Het dier wordt begeleid om rustig wakker te worden.
–  De bloedcirculatie wordt gecontroleerd.
–  Zo nodig wordt er (meer) pijnstilling toegediend.
–  Soms wordt er zuurstof in het hokje geblazen waarin uw kat bijkomt.
–  Laat u goed uitleggen welke nazorg uw kat nodig heeft.
–  Vraag wanneer pijnstilling gestart moet worden, indien nodig.
–  Indien wondzorg nodig is, vraag dan het juiste materiaal en goede uitleg.
–  Neem uw kat pas mee naar huis als alle lichaamsfuncties optimaal werken.
–  Vraag uw dierenarts, wanneer uw kat weer een klein beetje mag drinken of eten.
–  Vraag wie u moet bellen bij complicaties na sluitingstijd.
–  Noteer of en wanneer uw kat op controle moet komen.
–  Blijf thuis bij uw kat, totdat u zeker weet dat u hem veilig alleen kunt laten.

Uiteraard is het noodzakelijk dat u meteen contact opneemt met de dierenarts, als het niet goed gaat. Zorg daarom dat u het telefoonnummer van de spoeddienst bij de hand hebt.

* Dit artikel is bedoeld om informatie te geven, het vervangt niet de dierenarts.

* Reageren op dit onderwerp kan op de facebookpagina van Kattendomein.

Scroll naar boven